Opgave 01
Pieter wil heel graag een spelcomputer, hij ziet in de stad de volgende aanbieding. Normaal kost deze spelcomputer € 150,-
Wat is zijn korting in euro′s?
A- € 22,-
B- € 22,50
C- € 172,50
D- € 135,-
Opgave 02
Floor en Joosje gaan samen uit. Floor betaalt het drinken: € 5,- Joosje betaalt het eten: € 15,- Ze willen de kosten samen delen. Hoeveel moet Floor aan Joosje betalen?
A- € 5,-
B- € 10,-
C- € 12,50
D- € 20,-
Opgave 03
Eva koopt vis op de markt. De vis weegt ongeveer anderhalve kilo. Ze moet € 12,05 betalen. Hoeveel kost de vis dan ongeveer per kilo?
A- € 4,-
B- € 8,-
C- € 10,-
D- € 18,-
Opgave 04
De puzzel van oma en opa heeft 2500 stukjes. Ze hebben 750 stukjes gelegd. Welk deel van de puzzel is dan klaar?
A- 3/100
B- 3/5
C- 1/3
D- 3/10
Opgave 05
Chantal en Sjoerd plukken 50 kg kersen. Ze doen de kersen in bakjes van 250 gram. Hoeveel bakjes van 250 gram kunnen ze in totaal vullen?
A- 5
B- 20
C- 200
D- 2.000